maandag 8 september 2008

Verslag technische werkgroep (nog niet vrijgegeven)

VERSLAG VERGADERING TECHNISCHE WERKGROEP 3 APRIL 2008

Aanwezig: Bérenice Bogaert (schepen leefmilieu Menen – voorzitter technische werkgroep), Martine Decock (Duurzaamheidsambtenaar Menen), Geert Van Landschoot (Milieu-inspectie), Ilse Vanwijnsberghe (Milieudienst Menen), Johnny Demuysere (Wijkraad Alerte Koekuit), Emmanuel Goeteyn (Medisch milieukundige LOGO – Zuid-West-Vlaanderen en Roeselare, Tielt), Willy Labat (Milieuvergunningen), Marjory Desmedt (VMM), Vera Cantaert (FAVV), Wilfried Samaey (Milieuraad Menen)

Verontschuldigd: Nicole Schoutteten (stedelijke milieuraad Menen), Florent Denaghel (afgevaardigde stedelijke milieuraad Menen, Rik Debaere (Galloo NV), Karine Meersman (gezondheidsinspectie

1. Meetresultaten

De nieuwe meetresultaten worden overhandigd aan de technische werkgroep. Op de meetpost Menen 6 en 8 werd tijdens de periode februari-maart een grote piek vastgesteld voor dioxines. Op beide meetposten zijn de meetresultaten voor PCB’s beduidend lager, wat er op kan wijzen dat een andere bron aan de oorzaak ligt. Zo woedde er in deze periode een brand in de Stationsstraat.

Verder zijn de cijfers voor Menen 8, voor dioxinedepositie laag. De meetresultaten voor PCB126 variëren zowel op de meetposten Menen 8 en Menen 6.

De klachten die de milieudienst ontving met betrekking tot brandjes aan Franse zijde, werden overgemaakt aan dhr. Van Landschoot. Volgens dhr. Demuysere doet deze problematiek zich bijna dagelijks voor.

Mevrouw Desmedt schetst een beeld vanaf 2003 gebaseerd op gemiddelde cijfers.
Voor dioxinedepositie:
2004 16
2005 19
2006 18
2007 26

Voor PCB126
2003 66
2004 34
2005 54
2006 51
2007 25
Sinds 2006 worden de meetposten Menen 8 en Menen 6 maandelijks bemonsterd.

Deze cijfers blijven fluctueren, maar liggen niet meer in de orde van de cijfers van jaren terug. Zo vertonen PCB’s een dalende trend, maar de dioxines niet.
Dhr. Goeteyn stelt dat er vroeger een zekere samenhang was tussen de cijfers voor dioxines en PCB’s maar dat de dioxines nu hogere waarden vertonen dan PCB’s.

Volgens mevrouw Desmedt blijft de pollutie lokaal rond het bedrijf (vergelijking cijfers Menen 6 en Menen 8).

Schepen Bogaert verwijst naar een onderzoek in Frankrijk bij 15 bedrijven uitgevoerd door Veolia, en volgens deze studie scoorden Galloo France en Galloo Plastic vrij slecht (zie documenten bijlage).
Volgens dhr. Vanlandschoot en mevrouw Desmedt gaat het hier niet over uitzonderlijke hoge waarden.
De schepen verduidelijkt dat de verantwoordelijke van de firma Galloo werd uitgenodigd, alsook de verantwoordelijke van de firma Cappelle, maar beide zijn afwezig.

Schepen Bogaert verwijst naar de oprichting van een “Gecoro” op provinciaal niveau, waarbinnen grensoverschrijdende problemen besproken worden.
Geert Vanlandschoot zal de foto’s overmaken aan de toezichthoudende overheid in Frankrijk. In Frankrijk stelt hij vast dat de PCB-dioxinevervuiling meer aan bod komt. Schepen Bogaert vindt dat de manier van werken in Frankrijk nog steeds rust op geheimhouding (voorval milieuraad Frankrijk) en dat de structuren in Frankrijk anders georganiseerd zijn.

Volgens mevrouw Desmedt zou de vervuiling van de firma Galloo komen. Ze verwijst hierbij naar een meting die in het verleden op het bedrijfsterrein uitgevoerd werd. Kan dergelijke meting opnieuw opgelegd worden ? Of dient deze vrijwillig te gebeuren? De meting die in het verleden uitgevoerd werd, werd bekostigd door de VMM (reservebudget). Volgens mevrouw Desmedt was dit een uitzondering, en zal de VMM nu geen budget kunnen vrijmaken voor dergelijke meting.

Volgens dhr. Vanlandschoot kan een dergelijke meting niet opgelegd worden omdat er geen normen bestaan betreffende de dioxinedepositiemetingen. Wat uit de schouw komt wordt wel genormeerd. Zo verduidelijkt dhr. Vanlandschoot dat er in de schouw zeer lage geleide emissies zijn.

Dhr. Samaey vraagt zich af of de firma gebruikt maakt van de best beschikbare technieken.
Dhr. Vanlandschoot verduidelijkt dat je in stofbeheersingsmaatregelen vrij ver kan gaan. Zo ontving hij een voorstel van een burger over het overkappen van bepaalde opslagruimtes,…
Volgens dhr. Vanlandschoot is het onmogelijk alles te overkappen, rekening houdende met de financiële implicaties. Zo werden de transportbanden overkapt en wordt de firma Galloo op vlak van stofbeheersingsmaatregelen beschouwd als een voorloper voor de sector.
Volgens mevrouw Desmedt lijkt het nu een aangewezen moment om na de opgelegde stofbeheersingsmaatregelen opnieuw een meting op het terrein uit te voeren. Mevrouw Desmedt haalt aan dat de VMM daar geen budget voor heeft. Zo zijn de waardes van dioxines nog altijd vrij hoog, in vergelijking met andere shredderbedrijven. De PCB’s zijn inherent aan de shredder.

Volgens dhr. Samaey is het interessant te weten of de saneringsmaatregelen opgelegd door de milieu-inspectie wel degelijk resultaat hebben gehad. Kan de gemeente of de milieu-inspectie deze meting bekostigen?
Dhr. Vanlandschoot heeft binnenkort een overleg met de firma Galloo en zal dit voorstellen. Het is moeilijk een meting op te leggen, omdat dit niet wettelijk is geregeld. Een meting kan wel uitgevoerd worden (op vrijwillige basis) in kader van de evaluatie van de stofbeheersingsmaatregelen.

De meting die uitgevoerd werd eind 2002 – begin 2003 aan de ingang van het bedrijf had volgende resultaten:
Dioxines 190 pg
PCB126 250 pg

Marjory Desmedt verwijst naar de brief die ze in januari ontving betreffende de uitbreiding van de firma Galloo in de Industrielaan. Schepen Bogaert verduidelijkt dat de vergunning werd toegekend voor de Industrielaan.

2. Melkstalen

Mevrouw Cantaert geeft aan dat in 2007 geen melkstalen werden onderzocht, maar dat er in de komende weken nieuwe melkstalen zullen genomen worden. De laatste meting werd uitgevoerd eind 2006, en de resultaten waren toen gunstig.
Schepen Bogaert raadt aan te wachten met het nemen van melkstalen tot de koeien opnieuw buiten grazen.

Schepen Bogaert stelt de vraag of de maatregelen die in het verleden werden aangeraden nog steeds gelden. Mevrouw Cantaert verduidelijkt dat het aangeraden wordt binnen de hotspotregio eieren niet te eten (hoewel dit momenteel voor gans Vlaanderen geldt) en groenten grondig te spoelen. Om de dioxineniveaus te laten dalen wordt aangeraden kippen te houden op gras, en bij te voederen in het hok.

3. Biomonitoringsonderzoek

Dhr. Goeteyn verwijst naar een nieuw biomonitoringsonderzoek. Zo zal gewerkt worden rond veel kleinere regio’s. Momenteel zijn er dus al diverse cases voorgedragen door diverse instanties, en hieruit zijn er al 14 potentiële kandidaten geselecteerd, waarbij ook shredderinstallaties. Uiteindelijk is het de bedoeling hiervan 4 gebieden effectief te gaan onderzoeken. Schepen Bogaert had graag gehad dat Menen opgenomen zou worden binnen dit onderzoek. Deze beslissing wordt genomen op kabinetsniveau.

4. Houtverbrandingsinstallaties

Schepen Bogaert verwijst naar de aanvraag van de firma Dekeyser tot het hernieuwen van de milieuvergunning. Het gaat over een klasse 1 bedrijf. Het schepencollege heeft dit dossier negatief geadviseerd omdat de metingen niet gunstig waren. Binnen de verbrandingsinstallatie mag er enkel onbehandeld houtafval verbrand worden.
Dhr. Vanlandschoot verwijst naar de algemene problematiek van alle houtverbranders. Zo werden er vorig jaar overschrijdingen vastgesteld (kleine orde). Wel blijkt dat de meetopeningen op de schouw niet bereikbaar zijn (aanwezigheid van silo’s), maar wordt er vroeger in het rookgaskanaal gemeten. De firma heeft wel een aanmaning ontvangen om selectiever te sorteren.

5. Openbaarheid meetresultaten

Het verspreiden van meetresultaten van dioxines en PCB’s komt opnieuw aan bod. De burgemeester wil de cijfers bekendmaken na het verschijnen op de technische werkgroep. Deze cijfers worden eveneens besproken binnen de technische werkgroep. Mevrouw Desmedt haalt aan dat deze discussie al werd gevoerd. Het gaat hier over tussentijdse resultaten, die nog niet werden gepubliceerd. Het gaat hier over een intern rapport. Dhr. Vanlandschoot treedt bij dat het hier gaat over cijfers die moeilijk te communiceren zijn, en dat de interpretatie soms ontbreekt. De grenswaarden zijn geen officiële drempelwaardes. Op basis van een normering kan opgetreden worden. In dit dossier niet. Het zijn richtwaarden, waarbij verschillende regio’s met elkaar kunnen vergeleken worden.

De afgevaardigden van de milieuraad zijn van mening dat het niet kan, dat de resultaten een jaar op zich laten wachten. De VMM verduidelijkt dat de dioxines geen korte termijn effect hebben, en dat ook verschillende andere factoren een rol spelen bij het interpreteren van de resultaten. De milieuraad vindt dat de bevolking recht heeft op de cijfers.

Mevrouw Desmedt verduidelijkt dat het rapport met betrekking tot de cijfers van het voorgaande jaar pas in september officieel wordt, en dat dan pas de resultaten openbaar mogen worden gemaakt.

Dhr. Vanlandschoot stelt dat Menen hier een bevoorrechte positie heeft. Bij andere shredderbedrijven bestaat er geen technische werkgroep.

Er wordt voorgesteld een nieuwe vergadering te beleggen, nadat opnieuw nieuwe meetresultaten gekend zijn, en ook resultaten van de melkstalen.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

moh :-)

Briccone zei

Als je spullen neerzet die 'nog niet vrijgegeven' zijn, kan je dat er misschien best bij vermelden.

Milieu-Aktie Groep Menen zei

Ok.